Er is blijkbaar een verschil tussen een zomer- en een reguliere column. Als je er een mag schrijven moet je dat natuurlijk wel in het achterhoofd houden. Eerst heb ik online gezocht naar de exacte definitie van een zomercolumn. Dit blijkt lastiger dan gedacht. Het grote verschil tussen beide soorten columns is naar het lijkt enkel het tijdstip van plaatsen.
Ik had eigenlijk gehoopt dat een zomercolumn de ruimte bood om door middel van een analogie van een vakantieverhaal een alledaagse situatie nader te duiden. Dan had ik kunnen vertellen dat ik mij deze zomer in de krochten van voormalig Joegoslavië (waar het 4G netwerk beter is dan het wegennetwerk) bevond. Ik zou dan de link leggen met marketing met onderstaand verhaal.
Wanneer je qua communicatie en kennis van de lokale markt beperkt bent tot handen en voeten en toch dorstig bent bestel ik in principe ‘een bier’ op het terras. De merkkeuze is in dat geval volledig aan het bedienend personeel en voor mij niet relevant.
Na veelvuldig uitvoeren van deze test (alles voor de wetenschap) zou je mogen verwachten dat je meestal het duurste bier geserveerd krijgt. Alles voor de marges toch? Zeker als je met toeristen te maken hebt. Mijn conclusie bleek echter anders. De verkopende partij stelde zich veelal als een adviseur op door het bier wat hij zelf het lekkerst vindt of het lokale bier te serveren.
Dit verre van wetenschappelijke en zeker niet complete onderzoek (maar frequent uitgevoerd deze zomer) wijst dit meermaals uit. Mensen willen iets verkopen waar ze zich mee identificeren, waar ze trots op zijn. Ze willen achter een merk staan en als adviseur optreden. Anderen ook enthousiasmeren. Dit geldt zeker in een indirecte markt. Resellers verkopen een oplossing, een belofte, een dienst waar ze achter staan. De meeste verkopers zijn trots op wat ze verkopen. Zo blijft het verkopen ook oprecht – en geen keuze op basis van procenten.
En als klant? In mijn geval bestelde ik vaak daarna hetzelfde merk nog een keer. Dus de theorie klopt. Wetenschappelijk ondervonden.