CISPE stelt in een formeel antwoord aan het Gerecht van de Europese Unie dat de Europese Commissie bij de goedkeuring van de overname van VMware door Broadcom heeft nagelaten om duidelijke, publiekelijk bekendgemaakte risico’s van de transactie en Broadcoms prikkels om de reeds bestaande dominante positie van VMware op het gebied van servervirtualisatiesoftware te gelde te maken, te beoordelen.
In zijn antwoord aan het Gerecht benadrukt CISPE dat de CEO van Broadcom zich er publiekelijk toe heeft verbonden om de standalone EBITDA van VMware binnen drie jaar na de afronding van de transactie te verhogen van ongeveer 4,7-5,0 miljard dollar naar 8,5 miljard dollar – een stijging van 60-80% in een markt die jaarlijks slechts met 5-8% groeit. Volgens CISPE kan een dergelijke sprong niet realistisch gezien voortkomen uit organische groei of efficiëntieverbeteringen, maar alleen uit agressieve monetarisering van het gebonden klantenbestand van VMware door middel van forse prijsstijgingen en gedwongen bundeling.
In het antwoord wordt ook de aandacht gevestigd op de financieringsstructuur van de transactie: Broadcom heeft ongeveer 28,4 miljard USD aan nieuwe schulden aangegaan en ongeveer 8 miljard USD aan bestaande schulden van VMware overgenomen om de overname te financieren. CISPE stelt dat deze hefboomwerking een krachtige financiële prikkel creëerde om snel geld te halen uit het klantenbestand van VMware, waardoor de marktmacht van VMware werd versterkt en agressieve prijsstrategieën na de fusie economisch rationeel werden.
Ondanks waarschuwingen van klanten en brancheorganisaties en deze openbare verklaringen van het management van Broadcom, zegt CISPE dat de Commissie het risico dat Broadcom de dominante positie van VMware zou gebruiken om aanzienlijke prijsstijgingen door te voeren en contractuele lock-in te versterken, niet heeft onderzocht of zelfs maar genoemd, en geen waarborgen heeft opgenomen in de EU-fusievoorschriften. Sinds de overname zijn die risico’s volgens CISPE werkelijkheid geworden in de vorm van sterk gestegen prijzen, gedwongen meerjarige abonnementen en bundeling van VMware-producten, met aanzienlijke kostengevolgen voor Europese cloudproviders en hun klanten.
In een reactie op het antwoord van CISPE op de verdediging van de Commissie zei Francisco Mingorence, secretaris-generaal van CISPE: “De Commissie heeft deze fusie met halfgesloten ogen bekeken en veilig verklaard. Door de deal goed te keuren, heeft Brussel Broadcom een blanco cheque gegeven om de prijzen te verhogen, klanten te binden en onder druk te zetten. Broadcom heeft deze cheque, zoals te verwachten was, met rente geïnd. Dit was een falen van het toezicht door de toezichthouder, met reële kosten voor de Europese cloudsector en elke organisatie die daarvan afhankelijk is.”
CISPE reageert op de verdediging door de Europese Commissie van haar besluit uit 2023 om de overname van VMware door Broadcom voor 61 miljard dollar goed te keuren. De vorige week (3 december 2025) ingediende stukken van CISPE vormen de volgende stap in de lopende zaak bij het Gerecht (zaak T-503/25).
Als het Gerecht de goedkeuring van de Commissie nietig verklaart, zal dit belangrijke gevolgen hebben voor de investering van Broadcom ter waarde van 61 miljard dollar. De Commissie zou de transactie opnieuw moeten beoordelen in het licht van de huidige marktomstandigheden, waardoor het regelgevingsrisico rond de waarde, structuur en integratie van de activiteiten van VMware opnieuw aan de orde zou komen en er aanzienlijke rechtsonzekerheid zou ontstaan voor de aandeelhouders, crediteuren, klanten, leveranciers en investeerders van Broadcom. Bovendien stellen de ingrijpende en ongekende wijzigingen in de licenties die na de fusie zijn doorgevoerd, Broadcom bloot aan een verder risico op rechtszaken tegen zowel de toezichthouder als de gefuseerde entiteit, waardoor de juridische en financiële risico’s als gevolg van de gebrekkige beoordeling door de Commissie aanzienlijk toenemen.
(bron)
