Zelf heb ik een andere beslissing genomen. Ik word buitenlander. Was ik als Duitser al, maar na 44 jaar voel ik mij zelfs tijdens het EK echt wel ’n Hollander. Ik ga buitenlander worden in Australië. Lekker ver weg, zelfs zover weg dat het bijna onmogelijk is om nog verder weg te gaan, Nieuw-Zeeland en enkele pareltjes in de Pacific even buiten beschouwing te laten.
Nu ik om half acht zondagmorgen op Schiphol van een koffie zit te genieten, is het een mooi moment om eens te kijken met een buitenlandse bril naar Nederland. Ik lees veel over crisis. In de politiek, de woningmarkt en de economie. Maar wat hebben we het eigenlijk goed in ons kleine lapje grond aan de Noordzee. De meesten mensen zijn gezond en relatief gelukkig. Als je een beetje doortrapt is werkelijk alles veilig met de fiets bereikbaar (zie ik in Australië nog niet gebeuren) en anders is er een auto of trein beschikbaar.
We zijn een gidsland voor de telecomindustrie, technologisch vooruitstrevend en voorzien van een prachtige, stabiele infrastructuur. Onze telecombedrijven als Xelion, Enreach, Voys en Dstny (niet helemaal Nederlands, maar soit) zijn internationaal alom vertegenwoordigd en gerespecteerd. We gebruiken geen fax (hoi Duitsland en Oostenrijk)!. En ondanks dat we, vooral tijdens een groot sportevenement, minimaal Europees kampioen zeiken zijn, hebben we vooral een positieve kijk op het (bedrijfs-)leven. Onze pragmatiek is beroemd! Waarom board ik dan zo meteen een 31 uur durende vlucht?
Een beetje avontuur. Opschudden. Met beide benen vooruit het onbekende induiken. Een beetje een midlifecrisis wellicht, maar wel één waar ik enorm veel zin in heb. En aangezien er vast wel iets te vertellen valt over de verschillen en overeenkomsten tussen het verre, verre Oosten en NL, hoop ik dat u de komende tijd even meeleest. En net zo trots bent op “ons landje”.
En dat EK?
Gaan we winnen.