De Britse toezichthouder CMA (Competition and Markets Authority) heeft structurele belemmeringen gevonden bij hyperscalers die daarmee multicloud omgevingen onnodig moeilijk maken.
CMA (de Britse “kartelwaakhond”) is het onderzoek vorig jaar gestart nadat OFCOM, een andere toezichthouder, aan de bel had getrokken ( zie dit eerdere ITchannelPRO artikel). OFCOM had namelijk kenmerken en praktijken aan het licht had gebracht die de concurrentie tussen leveranciers zeer waarschijnlijk dienden te beperken, met lock-ins en onredelijke prijsdrempels voor klanten als gevolg.
Egress
CMA is daarop voortbordurend aan de slag gegaan en heeft andere, scherpere, vragen gesteld. Wat daaruit naar voren is gekomen is 23 mei gepubliceerd (PDF). Een deel van de bevindingen lijkt op het eerste gezicht achterhaald. De drie hyperscalers hebben immers eerder dit jaar de egress-kosten al op nul gezet. Dat was duidelijk een poging om Britse en EU toezichthouders te paaien.
Echt veel heeft dat niet geholpen, want tot zover bekend gaan de voorbereidingen voor verdere procedures in Brussel gewoon door. De kans dat de Britten genoegen nemen met alleen het schrappen van de egresskosten lijkt ook gering.
Interoperabiliteit een wassen neus
Een van de redenen daarvoor is dat ondanks het wegvallen van kosten interoperabiliteit van clouds nog steeds een wassen neus is. Iedere hyperscaler roept op luide toon dat het mogelijk is, maar in de praktijk is de communicatie naar klanten anders. In het CMA-rapport staat letterlijk dat bestaande contracten voor Microsoft producten en diensten klanten naar de Azure publieke clouddiensten van het softwarebedrijf sturen. In het rapport wordt ook opgemerkt dat klanten van Google Cloud vaak worden overgehaald door de interoperabiliteit met de Office Productivity Suite van Google.
Van de cloudgebruikers die voor het CMA onderzoek zijn benaderd geeft het gros aan dat maar liefst 80 procent van het aanbod van de drie hyerscalers gelijk is. Gelijk en in de praktijk niet uitwisselbaar of combineerbaar. De toezichthouder zal dat zien als een bewijs van het bewust frustreren van interoperabiliteit.