Door een artikel in het FD is er in Nederland eindelijk aandacht voor AI-washing. Dat daarvoor naar Washington wordt gekeken is goed, maar dichter bij huis zijn er instanties waar ook rekening mee gehouden moet worden.
“AI verandert de wereld, onze producten hebben AI, dus zijn goed”. Dat is ongeveer de boodschap van elke hardware en software onderneming. Beurswaakhond SEC heeft daar halverwege vorige jaar al eens een punt van gemaakt. Schijnbaar zonder veel succes, dus de boodschap is eind vorig jaar nog maar eens herhaald en een week terug voor de derde keer.
SEC wijst alle beursgenoteerde bedrijven erop dat claims zonder onderbouwing kunnen worden opgevat als het bewust foutief informeren van beleggers. De sancties die op liegen staan zijn niet mals.
Bedrijven zonder beursnotering of die “AI” producten doorverkopen vallen buiten de scope van SEC. Dat wil niet zeggen dat ze ongestraft onzin mogen verkopen. In Amerika is het wachten op de eerste claims van consumenten tegen verkopers en fabrikanten dat AI toch niet witter was op 30 graden, zorgt dat opstoppingen in het verkeer sneller worden gesignaleerd of dat de mobiele verbinding stabieler is.
In Nederland en elders in de EU zal voor consumentenproducten een vergelijkbare route onvermijdelijk zijn. Reclame maken voor AI mag, maar dan wel met controleerbare onderbouwing. Wie dat niet doet kan rekenen op een klacht bij de RCC en afhankelijk van de aard en omvang een collectieve actie. Beide staan voor procedures die per definitie, en los van de uitkomst, schadelijk zijn.
Helemaal spannend wordt het als AI claims in zakelijke contracten worden opgenomen en niet blijken uit te komen. Dat is in eerste instantie voer voor juristen en de consequenties kunnen ook hier groot zijn. AI-washing voor de quick win, om indruk te maken of omdat je klakkeloos overneemt wat een fabrikant beweert is uitermate onverstandig.