Wat leren we van de stroomstoring in Amsterdam?

Twee keer achtereen viel in Amsterdam de stroom uit en binnen een paar dagen is de oorzaak van beide stroomstoringen bekend. Wat Liander heeft geconstateerd is voor iedereen met een IT ruimte relevant.

temperatuurDe snelheid waarmee de oorzaak van de storingen is gevonden is een compliment waard. Dat kan alleen maar doordat men beschikt over data, meetpunten, logfiles en andere manieren om te controleren. Beheerders van IT ruimtes zullen de link met DCIM direct weten te leggen. Dat biedt de nodige mogelijkheden fouten te analyseren en zelfs te voorkomen. In Amsterdam was dat laatste duidelijk niet het geval.

Sterke wisselingen

Dan de echte oorzaak. Liander geeft aan dat de sterke wisselingen van de buitentemperatuur voor de problemen hebben gezorgd. In combinatie met condens was dat te veel van het goede. Ook nu weer kan elke serverruimte beheerder zich wel iets voorstellen bij dat verhaal. Als de temperatuur in een serverrack te hoog oploopt dan schakelt de hardware zich vanzelf uit. In de gebouwen van stroombedrijven is dat schijnbaar ook het geval.

Die te hoge temperaturen zijn een verschijnsel dat wel vaker voorkomt. In de zomer van 2022 vielen in Engeland datacenters uit, omdat het binnen te warm was en de koelinstallatie te weinig capaciteit had. Wat in Amsterdam speelt is iets anders, daar ging in een dag tijd de temperatuur van min 8 naar plus 15. De klimaatbeheersing kon duidelijk niet overweg met een dergelijk grote schommeling en de gevolgen zijn bekend.

Aandachtspunten

Dit verschijnsel zal door de klimaatverandering vaker voorkomen en dat betekent dat men maatregelen moet treffen verstoringen te verhinderen. Aanbieders van koel en meetinstallaties voor serverruimtes kunnen op basis van de stroomstoring in Amsterdam de vraag verwachten wat zij doen om dit te voorkomen. Beheerders van de ruimtes hadden tot enkele dagen geleden een betrekkelijk eenvoudige lijst van aandachtspunten: het mag niet te warm zijn en het water mag de ruimte niet instromen. Nu komt daar bij dat de ruimte niet te snel mag opwarmen na een fase van lagere temperaturen.

Mobiele versie afsluiten