Werknemers en werkgevers zoeken naar een nieuwe balans tussen thuiswerken en weer op kantoor zijn. Alleen het een of het ander komt in Nederland niet veel voor. De mix leidt tot IT vraagstukken die erg lijken op wat we al jaren kennen, maar toch zijn ze ook deels net iets anders.
Werknemers die weer vaker naar de zaak komen worstelen (al dan niet bewust!) het dat grote verschil in geluid, geluidssoorten en het volume daarvan. Het is daarom dat er meer vraag is naar plekken waar “rustig” gewerkt kan worden. Dat betekent iets anders dan geen zin hebben collega’s te ontmoeten. Die sociale interactie is zelfs een reden waarom velen weer wat vaker naar de zaak komen.
Werkgevers die overtuigd zijn van de meerwaarde van kantoortuinen zullen merken dat werknemers daar heel anders over denken. Voor de pandemie was al duidelijk dat grote open zalen alles behalve aantrekkelijk waren voor het personeel. Nu moeten werkgevers extra alert zijn dat de negatieve gevoelens over de werkomgeving niet de druppel worden die de werknemer doet besluiten op te stappen.
Werkplekken anders inrichten en meer rust creëren betekent dat flex en gewone werkplekken er steeds “huiselijker” gaan uitzien. Dit is geen rocketscience en zoals gezegd, deels is het een proces dat al langer loopt. Bij dat proces is tot nu toe vooral gelet op de ergonomie en de connectiviteit van de devices. Goede stoelen, verstelbare bureaus zijn de standaard. Als het gaat om connectiviteit weet iedereen wel dat een Wi-Fi netwerk met bereik door een heel gebouw lang niet altijd makkelijk te realiseren is. Toch is dat nodig, omdat de plekken met standaard het slechtste bereik regelmatig de plekken zijn waar men het rustigst kan werken. En er is nog iets dat gaat over ”rustig”. Het idee dat werken met een goede headset leidt tot minder afleiding door de omgevingsgeluiden klopt. Maar een omgeving zonder ruis kan ook tot ongewenste effecten leiden, zoals versnelde vermoeidheid.
Bij het inrichten van “moderne flexibele werken” komt in 2023 dus iets meer kijken dan voorheen.